DBRSA Logo

DBRSA schiet- en wedstrijdreglement LG

DBRSA schiet en wedstrijdreglement benchrest Luchtgeweer
16 januari 2014; Versie 1.

Download hier een PDF versie van LG wedstrijdreglement

 

1. ALGEMEEN

2. WAPENS, UITRUSTING EN MUNITIE

3. DE SCHIJVEN

4. SCHIETHOUDING

5. SCHIETBANEN

6. WEDSTRIJD ONDERDELEN

7. WEDSTRIJD REGELS

8. SCHOTWAARDERING

9. BAANCONTROLES

10. WEDSTRIJD OFFICIALS

11. REGELS VOOR BEPALING VAN DE RANGVOLGORDE

12. RECORDS EN LIMIETEN

13. INSCHRIJFGELD EN PRIJZEN

14. LIMITERING DEELNAME WEDSTRIJDEN

Bijlage 1 (voorbeeld schietkaart luchtgeweer 25 meter)

Hoofdstuk 1. ALGEMEEN

Voor de toepassing van dit reglement wordt eveneens verwezen naar de reglementen van het NBRSA, de WBSF en de EBSF voor wat betreft de Groot kaliber wapengroepen Hunter en Varmint, voor de Klein kaliber wapengroepen International Sporter en Varmint evenals voor de Luchtdruk disciplines sporter en Varmint wordt eveneens verwezen naar de reglementen van de WRABF en de ERABSF,

Hoofdstuk 2. WAPENS, UITRUSTING EN MUNITIE

LUCHT GEWEER LIGHT VARMINT:

Elk schouderbaar luchtdruk geweer met een handbediend en mechanisch werkend afvuurmechanisme(inclusief elektronische trekkers)en een gewicht van maximaal 4.762 kilogram. Veerdruk en PCP zijn toegestaan. Regulatoren, loopgewichten en tuners zijn toegestaan mits het totaalgewicht niet wordt overschreden. Regulatoren zijn alleen toegestaan deze een integraal onderdeel van het geweer vormen. De luchtcilinder mag verwisseld worden zolang het hierbij gaat om een door de fabrikant geleverde optionele of reserve cilinder. Rechtstreeks koppelen aan een duikfles met of zonder externe regulator is niet toegestaan. De vergroting van de richtkijker is vrij.

De originele kolf mag worden gebruikt. Het voorhout mag vlak of convex zijn. De kolf mag maximaal 76,2 mm breed zijn. Indien de achterzijde van de kolf is afgevlakt mag dit vlakke gedeelte niet breder zijn dan 25 mm.

De actie mag ingebed zijn en wijzigingen van het trekkermechanisme zijn toegestaan.

De kinetische mondingenergie mag maximaal 16,27 joule zijn.

Toegestane munitie zijn loden luchtgeweer pellets in de kalibers .177; .20 en .22.

LUCHT GEWEER HEAVY VARMINT:

Elk schouderbaar luchtdruk geweer met een handbediend en mechanisch werkend afvuurmechanisme(inclusief elektronische trekkers)en een gewicht van maximaal 6.810 kilogram. Veerdruk en PCP zijn toegestaan. Regulatoren, loopgewichten en tuners zijn toegestaan mits het totaalgewicht niet wordt overschreden. Regulatoren zijn alleen toegestaan deze een integraal onderdeel van het geweer vormen. De luchtcilinder mag verwisseld worden zolang het hierbij gaat om een door de fabrikant geleverde optionele of reserve cilinder. Rechtstreeks koppelen aan een duikfles met of zonder externe regulator is niet toegestaan. De vergroting van de richtkijker is vrij.

De originele kolf mag worden gebruikt. Het voorhout mag vlak of convex zijn. De kolf mag maximaal 76,2 mm breed zijn. Indien de achterzijde van de kolf is afgevlakt mag dit vlakke gedeelte niet breder zijn dan 25 mm

De actie mag ingebed zijn en wijzigingen van het trekkermechanisme zijn toegestaan.

De kinetische mondingenergie mag maximaal 27,12 joule zijn.

Toegestane munitie zijn loden luchtgeweer pellets in de kalibers .177; .20 en .22.

Hoofdstuk 3. DE SCHIJVEN

De luchtgeweer schijf voor 25 meter kent 25 wedstrijdtargets op een A3 formaat schijf. Zowel links als rechts bevinden zich proeftargets.
Centraal op de kaart staan 25 wedstrijd targets ieder in een vierkant van 50 bij 50 mm.
De diameter van de 10-ring is 2mm; de 9-ring 8mm; de 8-ring 14mm; de 7-ring 22mm de 6-ring 30mm en tenslotte de 5-ring is 39mm diameter. Een schot buiten de ringen maar binnen het vierkant wordt gewaardeerd als een 4. De 6 ring is zwart gekleurd de overige ringen zijn wit. Alleen op de proeftargets staat de waarde van de ringen.

Hoofdstuk 4. SCHIETHOUDING

De benchrest discipline wordt zittend verschoten vanaf een tafel(bench).
De bench is een solide geconstrueerde tafel met een hoogte van ongeveer 812 mm. Hierbij hoort een kruk of stoel die in de hoogte verstelbaar moet zijn. De tafels moeten zodanig zijn ontworpen dat zowel rechtshandig als linkshandig kan worden geschoten.

De voorsteun(rest) mag alleen het voorhout van het geweer ondersteunen. Op de voorsteun moet zich een buigbare zak bevinden gevuld met zand. Dit zandzakje moet minimaal 12,7 mm dik zijn. Het geweer mag met geen enkel ander onderdeel dan deze zandzak contact maken met de voorsteun behalve met een eventuele stop aan de voorzijde van de steun. De voorsteun mag in de hoogte en zijwaarts verstelbaar zijn. De voorsteun mag niet aan het geweer worden bevestigd. Het geweer moet vertikaal uit de voorsteun kunnen worden getild.

De achterzak mag alleen het achterstuk van de kolf steunen. Een eventuele pistoolgreep mag niet op de achterzak rusten. Er mag gebruik gemaakt worden van een zogenaamde spacer om de achterzak op te plaatsen. Deze spacer noch de achterzak mogen verstelbaar zijn. De spacer mag geen uitstekende delen hebben die in de achterzak of de bench kunnen worden gestoken. In geen enkel geval mag de achterzak in een bak of container worden geplaatst. De achterzak moet kunnen worden ingedrukt met een vinger. De bodem uitgezonderd. Voorsteun noch achterzak mogen aan de bench of aan elkaar worden bevestigd. In geen enkel geval zijn voorzieningen toegestaan die het geweer terugbrengen in zijn uitgangspositie na het schot zodanig dat voor een volgend schot niet meer opnieuw behoeft te worden gericht.

Hoofdstuk 5. SCHIETBANEN

Alle benchrest disciplines voor alle wapengroepen worden op buitenbanen verschoten. De positie van de schutters mag overdekt zijn. Eventueel mag ook de doellijn overdekt zijn.
Veiligheidsvoorzieningen als schermen zijn toegestaan.
Voor de wedstrijd begint mag de baan worden betreden voor het plaatsten van windvanen.
Bij de lucht disciplines mogen de windvanen na iedere match worden verplaatst.

Voor Europese en Wereldkampioenschappen moet de schietbaan over minimaal 25 schietpunten beschikken.

De baan moet beschikken over een rustige liefst afgeschermde ruimte voor de resultaat meting.

De baan moet verder zodanig zijn of kunnen worden ingericht dat voor de volgende disciplines over de bijbehorende afstand van 25 meter kan worden geschoten.

Hoofdstuk 6. WEDSTRIJDONDERDELEN

Op de volgende onderdelen worden nationale en internationale wedstrijden verschoten:

  • Luchtgeweer Light Varmint voor punten op de afstand 25 meter 25 wedstrijdschoten in 20 minuten. Een volledige wedstrijd bestaat uit 3 kaarten met 25 schoten.
  • Luchtgeweer Heavy Varmint eveneens voor punten op 25 meter 25 wedstrijdschoten in 20 minuten. Een volledige wedstrijd bestaat uit 3 kaarten met 25 schoten.

In alle gevallen geldt binnen de gegeven wedstrijdtijd geen beperking voor het aantal proefschoten.

Hoofdstuk 7. WEDSTRIJDREGELS

Elke schutter schuift dan voor de volgende kaart een aantal tafels op zodat uiteindelijk door iedere schutter de wedstrijd over de volle breedte van de baan is geschoten.
Roulatieschema’s zijn mogelijk over 1, 2, 5 en soms 9 benches. Dit is afhankelijk van het aantal beschikbare schietpunten en het aantal schutters.
Voor aanvang van officiële en geregistreerde wedstrijden dienen de wapens te worden gewogen. Indien het wapen het toegestane gewicht voor de klasse met meer dan 15 gram overschrijdt wordt het niet toegelaten. Eventueel verwijderen van kleine onderdelen als vizierkappen, schouderplaat of wangstuk om aan de lagere gewichtseis te kunnen voldoen is toegestaan.
Voor luchtgeweren geldt niet allen een weging. Ook de snelheid van de afgevuurde pellets wordt gemeten. Bij een PCP dient het luchtreservoir op de normale gebruiksdruk te worden gebracht. Er wordt een serie van 5 pellets afgevuurd. Aan de hand van de gemiddelde snelheid wordt de kinetische mondingenergie vastgesteld. Indien het wapen niet voldoet aan de eisen van de klasse waarin de wedstrijd wordt verschoten wordt het niet toegelaten.

Indien tijdens een wedstrijd onbedoeld het eerste schot op de wedstrijdkaart valt kan dit verlies van punten tot een penalty opleveren. Als dit gebeurd dient de schutter dit onmiddellijk aan de wedstrijdleiding te melden voordat een tweede schot wordt afgevuurd. Melden gebeurd door de hand op te steken waarna de baancommandant dit schot vastlegt en de wedstrijd met het normale aantal schoten kan worden afgerond.

VEILIGHEIDSASPECTEN OP DE BAAN

Het is niet toegestaan in en rond de schietbaan het geweer schietklaar te verplaatsen.
Bij het plaatsten van de windvanen is het toegestaan het geweer te gebruiken om deze uit te richten en de hoogte van de vlaggen af te stellen.

Hoofdstuk 8. SCHOTWAARDERING

Bij de puntenscore wordt bij de telling de hoogst geraakte ring aangehouden. Voor niet direct vast te stellen scoren wordt gebruik gemaakt van een schotmaat in de juiste kalibermaat. Lucht geweer targets worden altijd gescoord met een schotmaat .224 ongeacht het geschoten kaliber. Een schijf die met een schotmaat is gemeten wordt gemerkt met een P in een van de scorevakken van desbetreffende schijf.
Bij twee schoten op een schijf krijgt deze de score van de laagst geschoten waarde minus 1 strafpunt (penalty). Een schot tussen de schijfvierkanten wordt toegerekend aan de schijf waar het grootste gedeelte van het schot invalt. De ruimtes zijn zo klein dat altijd tenminste 1 lijn wordt geraakt.

Voor luchtgeweer op de afstand van 25 meter geldt dat de volledige 10 moet zijn weggeschoten om de waardering 10-X te scoren.
Winnaar is degene met het hoogste aantal punten. Is het aantal punten gelijk dan geldt het hoogste aantal 10-X. Punten notatie is: Aantal punten.X maximaal dus 750.75.

Protest tegen de score is mogelijk. Op kampioenschappen dient hiervoor een protest formulier te worden ingevuld en een borgsom (meestal € 25,--) te worden betaald. Indien het protest wordt toegekend wordt dit bedrag aan de schutter geretourneerd.

Wanneer bij een puntenscore een score wordt bestreden wordt deze met een schotmaat gecontroleerd. Indien eerder met een schotmaat is gemeten mag dit niet opnieuw. Eventueel kan dan gebruik worden gemaakt van zogenaamde Eagle Eye apparatuur. Dit is echter aan het protest comité. Het is geen automatisch recht van de schutter.

Hoofdstuk 9. BAANCONTROLES

Doorgaans worden wedstrijden verschoten op door de Nationale organen goedgekeurde schietbanen. In Nederland is dat de KNSA. In vrijwel alle landen bestaat een overkoepelende organisatie die toeziet op de juistheid van de afstanden en veiligheidsaspecten van de baan.
Ingeval op een militaire baan kan worden geschoten moeten de afstandpunten worden gemeten met de gebruikelijke apparatuur. (Meetlint, geijkte afstandmeter).

Hoofdstuk 10. WEDSTRIJDOFFICIALS

Rangemaster: De persoon die de wedstrijd toelicht en inleidt. Deze geeft ook de diverse commando’s en bewaakt de tijd.

Rangeofficer: De persoon die verantwoordelijk is voor het toezicht op de schutters en de veiligheid. Werkt dus nauw samen met de Rangemaster. Vaak worden deze beide functies bekleed door dezelfde persoon. Bij grote wedstrijden zijn er meerdere officials.

Weigeren een opdracht van deze functionarissen op te volgen vormt een grond voor het van de baan verwijderen van de schutter.

Targetpersoneel: De enige personen die bevoegd zijn de geschoten wedstrijdkaarten en bijbehorende backerkaarten op te halen en op het telbureau af te leveren.

OVERIGE FUNCTIONARISSEN ZIJN:

Telbureau medewerkers: Deze zijn verantwoordelijk voor het scoren van de geschoten kaarten.

Protest commissie: Deze bestaat uit drie medeschutters die per wedstrijd dag worden benoemd. Soms wordt deze commissie ook jury genoemd. Zij beoordelen de protesten en doen een bindende uitspraak.

Kampioenschappen kennen een deelname van landen met één of meerdere teams per land. Hierbij hoort een teamcaptain. Deze is het aanspreekpunt voor de wedstrijdleiding en is de spreekbuis voor de deelnemende teamleden. Voor het overige wordt verwezen naar het Rulebook van de ERABSF en de WRABF (Engelstalig).

Hoofdstuk11. REGELS VOOR BEPALING VAN DE RANGVOLGORDE

Deelname aan open internationale wedstrijden zoals die diverse Europese landen worden gehouden staat Nederlandse schutters vrij.

Deelname aan Europese en Wereldkampioenschappen zoals die worden gehouden onder auspiciën van de ERABSF en WRABF is niet mogelijk zonder het lidmaatschap van en aanmelding door de DBRSA.

Afhankelijk van plaats en ruimte kan Nederland 2 tot 3 teams afvaardigen naar een kampioenschap. Voor luchtgeweer wedstrijden bestaat een team uit 3 schutters.

Bij overschrijding van het aantal teams/schutters zullen resultaten uit eigen en open wedstrijden de deelname aan het Nederlands team bepalen.

Hoofdstuk 12. RECORDS EN LIMIETEN

Deze worden door de WRABF bewaakt, erkend en vastgelegd. Een record kan alleen worden erkend als dit op een kampioenschap wordt geschoten.

Hoofdstuk 13. INSCHRIJFGELDEN EN PRIJZEN

Inschrijfgelden worden door de wedstrijd organisatie in het desbetreffende land vastgesteld en de daar geldende valuta. In Europa variëren deze van € 30,-- per geweer per afstand tot
een soortgelijk bedrag in dollars voor een wereldkampioenschap. Het inschrijfgeld wordt vermeld in de aankondiging van de wedstrijd.

PRIJZEN:

Als regel per wapen/per afstand de plaatsen 1, 2 en 3 op basis van de punten.
Bij het luchtgeweer per wapen/per afstand een X-waardering met de plaatsen 1, 2 en 3.

Daarnaast kunnen er voor de beste Aggregates voor de twee wapengroepen Light Varmint en Heavy Varmint prijzen worden toegekend voor een Two-gun Aggregate. Dit is het gemiddelde van alle resultaten per geweer te samen.
Dit klassement kent eveneens de plaatsen 1, 2 en 3.

Hoofdstuk 14. LIMITERING DEELNAME WEDSTRIJDEN

Dit wordt bepaald door de grootte van de beschikbare baan. Voor kampioenschappen dient deze over minimaal 30 schietpunten te beschikken. De maximale schiet tijd op een wedstrijddag is 6 uur. Indien het maximaal aantal deelnemers wordt overschreden wordt verdere inschrijving gesloten.

Bjlage 1

afbeelding 1

 

Related Articles

Information

All images are the property of DBRSA and/or the web developer.

None of the images can be used without explicit consent of DBRSA and/or the web developer.

Carousel